Eredienst

Datum

Te lezen tekst

Genesis 16 : 1-16

Opname:

Download: Opname

Psalmbord

Ps 96 : 1 (voorzang)
Ps 130 : 3
Ps 19 : 4
Ps 27 : 5, 7 R
Ps 103 : 5 R
Ps 119 : 88 R

Genesis 16

Hagar en Ismaël

  1. Doch Saraï, Abrams huisvrouw, baarde hem niet; en zij had een Egyptische dienstmaagd, welker naam was Hagar.
  2. Zo zeide Saraï tot Abram: Zie toch, de Heere heeft mij toegesloten, dat ik niet bare; ga toch in tot mijn dienstmaagd, misschien zal ik uit haar gebouwd worden. En Abram hoorde naar de stem van Saraï.
  3. Zo nam Saraï, Abrams huisvrouw, de Egyptische Hagar, haar dienstmaagd, ten einde van tien jaren, welke Abram in het land Kanaän gewoond had, en zij gaf haar aan Abram, haar man, hem tot een vrouw.
  4. En hij ging in tot Hagar, en zij ontving. Als zij nu zag, dat zij ontvangen had, zo werd haar vrouw veracht in haar ogen.
  5. Toen zeide Saraï tot Abram: Mijn ongelijk is op u; ik heb mijn dienstmaagd in uw schoot gegeven; nu zij ziet, dat zij ontvangen heeft, zo ben ik veracht in haar ogen; de Heere rechte tussen mij en tussen u!
  6. En Abram zeide tot Saraï: Zie uw dienstmaagd is in uw hand; doe haar, wat goed is in uw ogen. En Saraï vernederde haar, en zij vluchtte van haar aangezicht.
  7. En de Engel des Heeren vond haar aan een waterfontein in de woestijn, aan de fontein op den weg van Sur.
  8. En hij zeide: Hagar, gij, dienstmaagd van Saraï! van waar komt gij, en waar zult gij heengaan? En zij zeide: Ik ben vluchtende van het aangezicht mijner vrouw Saraï!
  9. Toen zeide de Engel des Heeren tot haar: Keer weder tot uw vrouw, en verneder u onder haar handen.
  10. Voorts zeide de Engel des Heeren tot haar: Ik zal uw zaad grotelijks vermenigvuldigen, zodat het vanwege de menigte niet zal geteld worden.
  11. Ook zeide des Heeren Engel tot haar: Zie, gij zijt zwanger, en zult een zoon baren, en gij zult zijn naam Ismael noemen, omdat de Heere uw verdrukking aangehoord heeft.
  12. En hij zal een woudezel van een mens zijn; zijn hand zal tegen allen zijn, en de hand van allen tegen hem; en hij zal wonen voor het aangezicht van al zijn broederen.
  13. En zij noemde den Naam des Heeren, Die tot haar sprak: Gij, God des aanziens! want zij zeide: Heb ik ook hier gezien naar Dien, Die mij aanziet?
  14. Daarom noemde men dien put, den put Lachai-roi; ziet, hij is tussen Kades en tussen Bered.
  15. En Hagar baarde Abram een zoon; en Abram noemde den naam zijns zoons, die Hagar gebaard had, Ismael.
  16. En Abram was zes en tachtig jaren oud, toen Hagar Ismael aan Abram baarde.

Thema voor de preek:

'Abrams eigen oplossing'

  1. zonder God bedacht
  2. voor Gods oog gedaan
  3. door God rechtgezet

Vragen bij de preek:

  1. Hoe vaak betrekt u/betrek jij de Heere in het maken van plannen? Wat bid u/bid jij vaker: "Heere wilt U met mij meegaan?" of "Heere wilt U maken dat ik U volg." Hoe komt dat?
  2. Hoe snel denken we dat wat we zelf graag willen ook wel de wil van God zal zijn… Hoe kan u/kan jij leren onderscheiden wat Gods wil is en wat onze eigen wens? (Zie Prediker 7:29; I Korinthe 2:13-16)
  3. Gods tijd is heel vaak niet onze tijd. Is de Heere in de volgende gebeurtenissen te laat of op tijd? En waarom?
    Markus 5:25-29; Markus 5:22-23 en 35-36; Johannes 11:20-25; II Petrus 3:8-10.

Collecten:

  1. Kerk
  2. Evangelisatie
  3. Extra collecte voor de kerk

Vergeet u ook onze adoptiekinderen niet?

U kunt uw gave geven via de Givt app, maar natuurlijk ook overmaken naar een van de rekeningen van de kerk.
Klik hier voor de bankgegevens van de kerk.